Hongaarse goulash

“Ik ga goulash maken”, zei ik tegen de verkering.
“Moet je doen, joh”, zei hij.

Ik had ’t nog nooit eerder gemaakt en haalde m’n inspiratie her en der van internet en uit kookboeken. Hij was heerlijk en… uiteraard genoeg voor veel, zodat ik ook een paar bakken in de diepvries heb gezet.

hongaarsegoulash

Ingredienten (voor 8 personen):
1 kilo runderriblap
250 gram spekjes
3 uien
2 blikken gepelde tomaten
2 glazen rode wijn
500 milliliter runderbouillon
1 groene paprika
1 rode paprika
1 gele paprika
2 wortels
2 stengels bleekselderij
1 eetlepel paprikapoeder
1/2 eetlepel karwijzaad
1/2 theelepel nootmuskaat
roomboter
zout, peper

Ik kan hier een heel lang en ingewikkelde bereidingsmethode neerzetten, maar dat ga ik niet doen. Want het is ook niet zo ingewikkeld.
Bak de spekjes en de in stukken gesneden runderriblap in wat roomboter.
Afblussen met de wijn.
Voeg de in stukken gesneden paprika, ui, wortel en bleekselderij toe. Ik had zelf nog wat mini-paprika’s liggen, dus die heb ik er ook bijgedaan. Heb je 2 rode en geen gele, of 3 groene en geen andere kleur paprika’s? Gewoon zoveel mogelijk paprika’s toevoegen. Niet te moeilijk.
Ook de kruiden erbij en de bouillon.
Dan heel lang en heel zacht laten pruttelen. Standje 1 dus.
Proeven of het gaar en klaar is (ik liet het 5 uur pruttelen).
Goed blijven checken tussendoor of er eventueel meer water bij moet. En als het allemaal te waterig is, dan kun je het even op een wat hoger vuur zetten (wel blijven roeren).
Lekker met aardappelen. Of rijst.



Indiase linzensoep

Na die heerlijke linzensoep van Janine moet ik toegeven; ik ben helemaal om. Linzen zijn heerlijk. Linzensoep is heerlijk. En gezond. In ‘Easy Curry’ van Madhur Jaffrey, mijn favoriete Indiase kookboek (oh, wacht, ook mijn enige Indiase kookboek) vond ik onderstaand recept. Ik heb het ietsje aangepast (iets meer tomaten, iets meer ui, iets meer wortel), maar verder heb ik het recept gevolgd. Het is een pittige (maar je kan ‘m zo pittig maken als je zelf wil door wat meer of minder cayennepeper te gebruiken), fluweelzachte, herfstige soep. Ik ga ‘m zeker nog een keer maken (al heb ik ook weer wat bakjes in de diepvries gedaan én een bakje naar m’n ouders gebracht).

indiaselinzensoep

Ingrediënten (voor 2 liter):
200 gram rode linzen
1,5 liter kippenbouillon (van blokjes)
1/4 theelepel kurkuma
2 wortelen
1 handvol verse koriander
2 uien
1 eetlepel verse gember
1 theelepel komijnzaad
1 theelepel korianderzaad (gemalen)
1 theelepel kerriepoeder
1/8 cayennepeper
4 tomaten

Doe de (afgespoelde) linzen met 1 liter bouillon in een pan en breng ze aan de kook. Voeg de kurkuma, de geraspte wortel en de koriander toe en laat dit allemaal zo’n 45 minuten koken (zachtjes, want de linzen moeten dus niet droog koken).
Doe wat zonnebloemolie in een koekenpan en bak hierin de uien zachtjes een minuut of 3. Neem de pan van het vuur en voeg de gember, komijn, koriander, kerriepoeder en cayennepeper toe (ik had geen cayennepeper en gebruikte chilipoeder). Zet de pan weer op het vuur en roerbak alles 1 minuut. Doe nu de tomaten erbij en 1/4 liter van de bouillon. Laat dit allemaal zachtjes gaar worden onder af en toe roeren.
Als de linzen 45 minuten hebben gekookt, dan doe je de inhoud van de koekenpan erbij en je laat alles nog zo’n 10 minuutjes, samen met de laatste 1/4 liter bouillon koken.
Dan alles pureren met een staafmixer.
Op zout brengen met peper en zout.
Het kan zijn dat je de soep te dik vindt. Dan doe je er nog wat water bij.
Heerlijk met wat verse koriander en een stuk brood.



Romige bloemkoolsoep

“Moet ik nog een soepje voor jullie maken?”, vraag ik aan m’n vader.
‘Ja, het is lang geleden dat we zo’n bloemkoolsoepje hebben gehad”, zegt hij.
“Okay!”

bloemkoolsoep

De prijs voor een bloemkool is altijd per stuk. Mensen die dan een klein bloemkooltje uitkiezen omdat ‘ze ‘m toch met z’n tweetjes niet op krijgen’ snap ik niet. Van de (gekookte) bloemkool die je overhoudt kun je heel gemakkelijk een lekker soepje maken. Ik maakte de bloemkoolsoep dit keer met ongekookte bloemkool, maar als je deze soep maakt met een restje bloemkool, dan doe je de bloemkool de laatste paar minuutjes bij de soep om mee op te warmen. Je kan trouwens ook restjes gekookte aardappel gebruiken, dat scheelt ook weer in de bereidingstijd. Bloemkool met kerrie is een superlekkere combinatie (vind ik) (en m’n vader dus ook).

Ingrediënten (voor 2,5 liter soep):
1/2 bloemkool (of een kleintje)
4 aardappelen
1/2 liter melk
2 uien
1/2 eetlepel kerrie
1/2 eetlepel kurkuma
2 bouillonblokjes (kip of als je vegetariër bent; groente)

Snij de bloemkool door de helft en snijdt alles (dus ook de stronk) in kleine stukjes.
Schil de aardappelen en snijd ze in blokjes.
Snij de ui in stukjes.
Doe nu alles in een pan, inclusief de kruiden en de bouillonblokjes, inclusief nog 1 liter water en laat dit ongeveer 20 minuten zachtjes koken (of in ieder geval tot de aardappel gaar is). Let op dat de melk niet overkookt.
Staafmixer erop en klaar.
Lekker met wat verse koriander (maar die had ik niet huis).



Perencake

Ik weet niet waarom, maar ik heb een boekje met de titel Kook OK van Rob Geus in m’n kookboekenkast staan. Rob Geus, de man die sinds 2001 het gezicht is van het tv-programma ‘De Smaakpolitie’. Een programma dat ik nooit kijk, overigens. Ik vrees dat ik dit boekje ooit van m’n moeder heb gekregen, want de ondertitel luidt; ‘Lekker, gezond, eenvoudig en niet duur! Met tips en trucs voor een schone keuken.’ Vooral dat laatste zinnetje zal een trigger zijn geweest voor m’n moeder; schone keuken. Al weet mijn moeder ergens ook wel dat het hele huishouden me niks kan schelen, maar dat ik wél altijd een schone keuken heb (okay, ik zou misschien iets vaker de keukenvloer kunnen dweilen). M’n badkamer, m’n slaapkamer, m’n woonkamer; het kan me allemaal niet boeien, maar m’n aanrecht is altijd schoon.

In het boek geeft Rob Geus tips als ‘haal eens in de maand een doekje door de keukenkastjes’ of ‘maak eens de 2 weken de koelkast schoon met een sopje’ en ‘ ontdooi de vriezer eens per maand, dit voorkomt ijsvorming’. Eh??? Sorry Rob, maar daar kan ik niet aan beginnen! Weet je wel wat ik allemaal in de vriezer heb liggen?

perentaart

Ik maakte de perencake uit dit boek. Al deed ik het niet precies volgens de aanwijzingen van Rob (ja, sorry, een man die elke maand z’n vriezer ontdooit kan ik niet serieus nemen). Ik gebruikte 3 peren in plaats van 2 en in plaats van voorzichtig te spatelen heb ik alles bij elkaar in de Kitchenaid gedaan en de boel keihard geblenderd. Ik bakte alles ook 20 minuten langer, want toen ik na een uurtje met een satéprikker checkte of die er droog uit kwam, was dat niet het geval.

Misschien was het daarom ook logisch dat mijn perencake in niets leek op de perencake van Rob. Hij was massief, een beetje zoals een spekkoek. “Ik weet het niet hoor”, zei ik. “Even af laten koelen dan snijden we ‘m aan”, zei de verkering. En binnen een dag was de hele cake op. Dat gebeurde me nooit eerder met een cake. Hij was dus precies goed. Ik smeerde er wat losgeklopte mascarpone met kaneel op, wat ook heel lekker was, maar niet noodzakelijk. Dus, Rob! Thumbs up!!! Misschien maak ik over een half jaar m’n diepvries wel schoon!

Ingrediënten:
250 g roomboter (op kamertemperatuur)
125 g witte basterdsuiker
125 g bruine basterdsuiker
5 eieren
240 g patentbloem
1 eetlepel zelfrijzend bakmeel
2 verse peren
cakevorm

Verwarm de oven voor op 160 °C. Beboter het cakeblik en bestrooi het met wat bloem. Schil de peren en snijd deze in stukjes.
Klop de boter schuimig met de suiker. Hoe luchtiger de boter, des te lekkerder de cake wordt. Voeg 1 voor 1 de eieren toe terwijl de mixer blijft draaien.
Zeef de bloem en het bakmeel en spatel dit voorzichtig bij het eimengsel (niet roeren, want dan gaat de lucht eruit!). Spatel ook de peer door het beslag en schenk dit in de cakevorm.
Bak de cake in ongeveer 60 minuten gaar. Stort hem na het bakken direct op een plank en bestrooi hem met wat suiker.



Chili con carne

“E. en R. eten bruine bonen met ui en een speklapje”, zei ik. Ik las het op Facebook en ik weet niet meer precies waarom ik het tegen J. zei, het was niet echt een groot nieuwswaardig bericht. “Oh, dat zou ik nu ook wel lusten”, zei J. terwijl hij me met grote ogen aankeek. “We hebben nét gegeten!”, zei ik. “Ja, nou, maar bruine bonen lust ik altijd wel”, zei hij. “Zal ik dan morgen chili con carne maken?”, vroeg ik, “Volgens mij heb ik alles daarvoor nog in huis.”

chiliconcarne

Het is een megasimpel recept, maar ook megavoedzaam. En vooral; bonen zijn heel erg goedkoop (ook prettig). Ik gebruik in onderstaand recept bruine bonen, maar dit kunnen ook kidneybonen zijn. Of andere bonen. En je kan er, als je wil, ook een blik maïs doorheen doen. Lekker met rijst! En… een heel handige invriesmaaltijd!

Ingrediënten (voor 6 personen):
500 gram rundergehakt
3 uien (in stukjes)
2 teentjes knoflook (fijngesneden)
2 winterwortelen (geraspt)
2 stengels bleekselderij (in kleine stukjes)
1 groene paprika (in stukjes)
1 theelepel chilipoeder
1 theelepel komijnpoeder
1 theelepel kaneel
2 grote blikken bruine bonen
2 blikken tomatenstukjes
1 runderbouillonblokje
zonnebloemolie

Bak het rundergehakt in wat zonnebloemolie.
Voeg alle gesneden en geraspte groenten toe en bak dit even mee.
Voeg alle kruiden toe, samen met de 2 blikken tomatenstukjes.
Voeg ongeveer 500 ml water toe, samen met het runderbouillonblokje.
Laat dit minstens een half uur zachtjes opstaan.
Voeg daarna de bonen toe.



Vietnamese loempia’s

Zo’n 2 keer per jaar worden er loempia’s gerold in huize Luna! De Vietnamese loempia’s aan de kraampjes zijn heerlijk, maar ook daar lijkt de recessie toegeslagen; ze zijn niet meer zo stevig gevuld als vroeger en er zit meer kool in dan vlees of kip. De prijs is, vergeleken met een paar jaar terug (11 jaar geleden), dan wel weer verdubbeld, want waar je vroeger een loempiaatje voor een gulden kon kopen, daar kosten ze nu een euro (of waarschijnlijk is gewoon alles 2 keer zo duur geworden). Beetje jammer! Wij kopen dus nooit meer een loempiaatje op straat, omdat die van onszelf gewoon lekkerder zijn, maar ik hou nog steeds van alle loempiamannetjes, want die hebben het vast ook niet makkelijk.

vietnameseloempia

Onderstaand recept is voor 40 loempia’s, maar wij maken er altijd meteen 120, want als je eenmaal lekker bezig bent, dan kun je daar maar beter gewoon mee door gaan. Wat moet je met 120 loempia’s? Opeten! En we geven er ook veel weg, want lekker eten moet je delen! Het rollen van de loempia’s zelf is trouwens iets wat je samen moet doen. Het kan wel alleen, maar omdat de loempiavellen best snel uitdrogen is het handiger om het gewoon met z’n tweeën te doen. Ik denk dat de mannetjes van de Vietnamese loempiakraam het met de hele familie tegelijk doen, want er gaat best veel werk in zitten. Ik ben met de 120 loempia’s zo’n 5 uur bezig geweest (ik moest alles in 3 batches bakken omdat ik geen XXXL pan heb) ( de verkering was er zo’n 1,5 uur mee bezig, omdat hij dus mee moest helpen met rollen). Is dat het waard? Hell yeah! Ze zijn dus niet alleen heel erg lekker, maar uiteindelijk betaal je voor 120 Vietnamese loempia’s zo’n 20 euro (ik had het precies uit willen rekenen, maar ik kon niet alle bonnetjes terug vinden), dat is dus 0,17 cent per stuk.

Ingrediënten (voor 40 loempia’s):
1 pak loempiavellen (er zitten 40 vellen in 1 verpakking)
750 gram kipfilet
750 gram winterwortelen
2 uien
2 teentjes knoflook
250 gram rijstvermicelli
2 kippenbouillonblokjes
2 eetlepels gehakte selderij
1 theelepel vetsin
1 eetlepel suiker,
1 eetlepel zout
1 eetlepel azijn
2 eetlepels sojasaus
2 eetlepels zonnebloemolie
maggi om op smaak te brengen
(olie om in te frituren)

Haal de loempiavellen uit de diepvries (laat ze dus ontdooien, maar laat ze in de verpakking).
Maak de kipfilet fijn in een keukenmachine, zodat het dus een soort kipgehakt wordt (je zou eventueel ook kipgehakt kunnen kopen). Heb je geen keukenmachine, dan zul je de kipfilet heel erg fijn moeten snijden.
Schil de winterwortelen en doe deze ook in de keukenmachine, of rasp ze (ik doe de ene helft raspen en de andere helft in de keukenmachine). Ook de ui en de knoflook doe ik in de keukenmachine.
Doe de zonnebloemolie in de pan en bak de kipfilet en voeg daar niet veel later de rest van de ingrediënten bij (behalve de rijstvermicelli).
De rijstvermicelli crush je in je hand en verkruimel je dan boven de pan. Ik doe er steeds wat water bij tot de rijstvermicelli gaar is. Ondertussen blijven roeren natuurlijk. Dit laatste luistert nogal nauw, dus niet meteen teveel water. Je kan ook de rijstvermicelli eerst gaar koken in een andere pan, dan uit laten lekken en dan pas bij de rest van de ingrediënten voegen. Dit doe ik niet, omdat, eh, ja, waarom eigenlijk niet? Het kan dus allebei.
Nu komt het ingewikkeldste van allemaal. Het proeven of de vulling op smaak is. De vulling moet zouter zijn dan je het eigenlijk wil hebben. Nadat je de loempia’s frituurt gaat een gedeelte van het zout namelijk in de velletjes zitten. Als je vulling dus niet zout genoeg is, dan smaken de loempia’s uiteindelijk flauw. Het kan dus zijn dat er nog een bouillonblokje bij moet. Of een paar eetlepels maggi. Of nog wat zout. Of nog wat sojasaus.
De vulling zet je nu weg om af te koelen, want met warme vulling kun je niet gaan rollen.
Kijk nu even naar het volgende filmpje om te kijken hoe je de loempia’s moet rollen en doe dit (als alles is afgekoeld) met de loempiavellen: KLIK.
Je plakt de vellen aan elkaar vast met wat losgeklopt ei.
De loempia’s kun je nu (per 4 bijvoorbeeld) heel gemakkelijk invriezen en eruit pakken net voordat je ze wil gaan eten.
Je frituurt de loempia’s op 180° en het duurt ongeveer 4 tot 5 minuutjes voordat ze klaar zijn (als ze nog niet bevroren zijn, dan duurt het een minuut of 2 tot 3 voordat ze klaar zijn).
Serveren met zoete of scherpe sambal.



Pizza met tonijn en ui

Elke woensdag en donderdag eet oppasmeisje M. (12) met ons mee en hoewel ik soms in een bui ben van; iedereen uit de keuken, want de keuken is van mij, mij mij, heb ik toch ook regelmatig dagen dat ik het heel gezellig vind om samen te koken (althans, samen, samen, ik zeg wat de ander moet doen en dan moet de ander dat doen, want anders krijgen mijn dwangneuroses de overhand en dat moet je niet hebben: “Nee, de paprika moet in reepjes, niet in blokjes, aaaargh!”).

Opppasmeisje en ik maakten pizza’s en ik had ondertussen ook heel veel foto’s willen maken, maar dat lukte niet helemaal, want ik moest er dus goed op letten dat oppasmeisje precies deed wat ik zei: “Snijd jij de ui maar, want ik heb mascara op en die moet niet gaan uitlopen.” Ook moest ik ervoor zorgen dat ze ondertussen niet al teveel van de ingrediënten tussendoor opat. Als kinderen mee koken vind ik het niet erg dat ze ondertussen van alles in hun mond stoppen, maar ze moeten dus niet de helft van een gerecht opeten. Ik stimuleer juist dat ze alles proeven om zo met verschillende smaken in aanraking komen. Bij kappertjes: “Wat zijn dat?” “Net zoiets als augurkjes, maar dan bloemknopjes, proef maar, heel lekker.” “Vies!!!!!” “Hahaha.” Ik proef tijdens het koken zelf ook constant alles en de helft van een bol mozzarella heb ik vaak al op voordat-ie in een salade verwerkt wordt , dus dan kan ik het een ander niet verbieden. Oh, ja, verbieden kan wel, maar dat is gewoon niet zo gezellig.

pizzatonijnui

Ik maakte voor mezelf een pizza met tonijn en ui, maar je kunt de pizza uiteraard beleggen met datgene wat jij lekker vindt (de verkering kreeg een shoarmapizza en oppasmeisje M. koos voor een pizza met ham en paprika).

Ingrediënten (voor +/- 6 pizzabodems):
500 gram bloem
1 zakje instant gist
250 milliliter lauwwarm water
2 theelepels zout
3 eetlepels olijfolie
1 eetlepel suiker

Ingrediënten voor de tomatensaus (voor +/- 6 pizza’s):
800 gram tomaten
1 klein blikje tomatenpuree
2 uien
3 knoflookteentjes
1 eetlepel gedroogde oregano
beetje olijfolie

Ingrediënten voor 1 pizza met tonijn en ui:
1 blikje tonijn
1 ui
1 bol mozzarella
handje rucola
geraspte kaas

Als je, zoals ik, het geluk hebt dat je een keukenmachine hebt, dan maak je het deeg binnen 5 minuutjes in de keukenmachine. Heb je geen keukenmachine, dan zul je het met de hand moeten gaan kneden. Ook leuk. Het deeg moet soepel aanvoelen (dus zelfs als je het in de keukenmachine hebt gemaakt zul je even met de hand moeten kneden of er misschien nog wat water of bloem bij moet). Laat het deeg minstens 30 minuten rijzen op een warme plek.
Nu heb je mooi de tijd om de tomatensaus te maken. Ook dat gaat heel simpel. Snij alle ingrediënten fijn, doe alles bij elkaar in een pannetje met wat olijfolie en laat dit minstens een kwartier zachtjes pruttelen. Als alles gaar is, dan zet je even de staafmixer erop, zodat je een smeuïge saus krijgt. Eventueel wat water toevoegen als de saus te dik is (meestal niet nodig).
Verwarm de oven voor op 250° (of als je oven niet zo warm kan worden; zo warm mogelijk).
Bestuif nu het aanrecht met wat bloem en rol het deeg uit met een deegroller (tot het formaat wat je wil gebruiken).
Leg de pizzabodem op een stuk bakpapier en dan op een rooster. Bestrijk de pizza met de tomatensaus (dit lukt heel mooi en egaal met de bolle kant van een lepel).
Beleg de pizza nu met dat wat jij lekker vindt. Ik belegde ‘m dus met stukken tonijn, in ringen gesneden ui, mozzarella en geraspte kaas.
Na ongeveer 10 tot 15 minuten is de pizza klaar (als je ‘m in de oven hebt gezet dus).
Ik legde er nog een handje rucola op.



Linzensoep

Ik twitterde: Ik twijfel of ik linzensoep moet gaan maken… nog nooit op, maar ik hoor van veel mensen dat het niet zo lekker is…

Met ‘veel mensen’ bedoelde ik de verkering en wat vrienden van de verkering. Ik had ooit een pak rode linzen gekocht, omdat het mij wel wat leek en omdat ik het nog nooit had gegeten, maar iedere keer als ik over linzensoep begon werd ik vies aangekeken.

Ik kreeg na mijn tweet nogal wat reacties, die me meteen overtuigde om aan de slag te gaan.

@octavieW ik vind het juist superlekker! #linzensoep
@MarinaTwiet Is best lekkere soep als je het een beetje pittig maakt. Wordt namelijk heel snel melig. Eet smakelijk!
@matijn lekker door tomatensoep enzo
@ankedesign Linzensoep is heerlijk! 🙂
@Branwen74 Verschilt per linzensoep. Ik heb hier nog een pompoenlinzensoep in de vriezer met niet te weinig knoflook. Niet vies.
@marie_ke1977 Ik ♥ linzensoep. Maar ik vind linzensoep op z’n lekkerst als het buiten rond het nulpunt is! Met vers naanbrood erbij…
@Zezunja Het hangt er natuurlijk vanaf hoe je het maakt, maar ik ben dol op linzensoep.
@Kimske_nl Ik vind ’t heerlijk! Zijn heel veel recepten van.

En een tweet van @JanineAbbring Hartstikke lekker. Ik mail je wel even een receptje. Beetje minder vlees mag best, als ik zo je blogs lees 🙂

Oh, God! Janine Abbring, vast de lekkerste vegetariër van Nederland met de allerleukste hond, vindt dat ik wat minder vlees moet eten!

Maar het is biologisch vlees, van onze eigen koe, ik heb ‘m nog geaaid, twitterde ik schuldbewust terug, maar doe dat recept maar!

Even later trof ik onderstaand recept in m’n mailbox, met als extra mededeling dat de linzensoep ook lekker is met zachte geitenkaas erover. Of desnoods met uitgebakken spekjes. ‘Desnoods’ had Janine volledig in kapitalen geschreven, dus ik durfde niet eens meer vleesbouillonblokjes te gebruiken in deze soep. Gelukkig vond ik nog genoeg groentebouillonblokjes. Opluchting!

linzensoep

En verder had ik ook bijna alle ingrediënten in huis. Het meeste heb ik standaard, maar toevallig had ik ook nog een paar stengels bleekselderij en zelfs de koriander stond in een potje op de vensterbank. Ik heb alleen in plaats van 1 paprika en 1 peper, 2 rode puntpaprika’s en een schepje sambal gebruikt. En de linzensoep was Goddelijk! Geen vlees gemist.

Ingrediënten (voor ongeveer 2 liter soep):
2 stengels bleekselderij
2 eetlepels olijfolie
1 middelgrote ui, gesnipperd
2 teentjes knoflook, in dunne schijfjes
1 paprika (kleur naar wens) in blokjes
1 rode peper (met zaadjes) in ringetjes
1/2 theelepel kaneel
2 cm verse gember
1/2 theelepel kurkuma
1 1/2 liter groentebouillon
200 gram rode linzen
1 blik kikkererwten
1 blik tomatenblokjes
sap van 1 limoen
beetje verse koriander
peper

Doe wat olie in een pan (de pan moet groot genoeg zijn om minstens 2 liter te verhitten).
Bak de ui, knoflook, bleekselderij, paprika en rode peper tot ze zacht zijn.
Voeg gember, kaneel en kurkuma toe.
Doe de bouillon erbij en het blik tomaten.
Laat dit een kwartiertje zachtjes koken. Ik heb het daarna even een paar zwiepen met de staafmixer gegeven, maar dit hoeft niet (stond ook niet in het originele recept).
Was de linzen even goed af en doe ze dan bij de soep.
Na ongeveer 30 minuten zijn de linzen gaar (even proeven).
Doe de kikkererwten erbij en laat alles nog 10 minuten zachtjes koken.
Doe de soep in een kom, beetje limoensap erdoor, beetje peper en (naar smaak) koriander.



Luna leest; Elke Dag een Hap

Ik wil graag even mijn bewondering uitspreken voor de kok Ramon Beuk. Ik heb net even op z’n site gekeken en hij is kok, ondernemer in zijn evenementenlocatie ‘De Glazen Ruimte’ in Maarssen, culinair adviseur, presentator, tv-kok en… schrijver van inmiddels 8 kookboeken. De boeken 1 tot en met 7 zijn aan mij voorbij gegaan, maar boek 8 ‘Elke Dag een Hap’ kocht ik bij… de LIDL! Voor € 5,50. En daar begint mijn bewondering voor Ramon!

elkedageenhap

Nu zal Ramon er vast ook wel een leuk geldbedrag voor hebben gekregen, maar ik vind het lovenswaardig dat hij het heeft aangedurfd om een samenwerking met de LIDL aan te gaan. De LIDL is toch zo’n beetje de minst elitaire supermarkt waar je je boodschappen kunt doen en vele foodsnobs, foody’s en culi’s (kots!) zullen er hun neus voor ophalen. Doordat Ramon met z’n kop op de folders van de LIDL prijkt en recepten deelt met de LIDL-shoppers, zal hij, denk ik, nooit voor vol worden aangezien door z’n collega’s wiens ambitie het is om een Michelin-sterren-restaurant te runnen. En ik denk dat ook de foodsnobs, foody’s en culi’s Ramon’s een beetje op Ramon’s kookkunsten zullen spugen. Het is een beetje als Rudolph van Veen, die, doordat hij jaren heeft gekookt tijdens Life & Cooking altijd een beetje wordt weggezet als een rellerige homo met te hip haar en te makkelijke recepten (en dat terwijl hij hetero, Meesterkok en Meesterpatissier is).

Anyway, het boekje ‘Elke Dag Een Hap’ van Ramon Beuk is leuk! De gedachte achter het boekje: je doet 1 keer per week boodschappen en daar kun je dan 7 dagen lekker en gezond mee koken, zonder verspilling. De recepten zijn goed te doen voor thuiskoks, toch bijzonder en ze kosten je geen uren en uren. Ramon schrijft zelf in z’n voorwoord: ‘Als je weet hoe je bepaalde producten moet bewaren of slim kunt verwerken, dan scheelt dat niet alleen in je portemonnee, maar geeft dat vooral ook een goed gevoel.’ Mijn idee, Ramon! Ik denk dat ik binnenkort eens een hele week uit dit kookboekje ga koken, gewoon omdat het kan. Leuk!
‘Elke Dag een Hap’ is te bestellen via www.elkedageenhap.nl, maar dus ook gewoon te koop bij de LIDL (ik vond het boekje bij de kassa).



Pastasaus met merquezworstjes

Deze pastasaus was een soortement van experiment en vooral een must, want er moesten nogal wat restjes worden opgemaakt. Ik koop bijna elke week een stoplicht (3 paprika’s in 1 verpakking; geel, rood, groen), eigenlijk zonder specifiek kookdoel voor ogen. En ja, als je dan ook nog een pond merquezworstjes hebt liggen en een paar aardappels die al aan het uitlopen zijn, dan is een Marokkaanse pastasaus zo gemaakt. Experiment geslaagd.

pastasausmerquez

Ingrediënten (voor 4 personen):
500 gram merquezworstjes
1 groene paprika
1 rode paprika
2 blikken tomatenstukjes
2 uien
1 lamsbouillonblokje
500 gram aardappelen
50 gram Beyaz Peynir (witte Turkse kaas) (of feta)
400 gram pasta

Knijp het vlees uit de hoesjes van de merquezworstjes en bak dit in wat olijfolie in een braadpan aan.
Snij de ui en de paprika’s in stukjes en bak dit even mee.
Doe de blikken tomatenstukjes erbij en het bouillonblokje.
Schil de aardappels en snijdt ze in kleine stukjes. Doe ze bij de pastasaus.
Laat dit alles nu zachtjes stoven tot de aardappel gaar is. Eventueel kun je, als de saus te dik wordt (doordat de aardappelen het vocht opnemen) wat water bij de saus doen.
Kook ondertussen de pasta volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Je kunt de saus door de pasta doen, of het los serveren.
Bestrooien met wat van de witte kaas/feta.